top of page
kolenhaard 2.jpg

Warmte en licht zijn elementaire behoeften van de mens.

​

De geschiedenis van verwarmen gaat al vele eeuwen terug. In de steentijd was het al mogelijk om hutten en grotten te verwarmen door middel van open vuur. In de Romeinse tijd had men zelfs al vloerverwarming en liet men de warme lucht van houtvuren door holle ruimtes onder de vloer stromen. Na o.a. hout, turf, steen- en bruinkool en stoom werd nog een lange tijd aardolie gebruikt.

 

​

Je kunt het je nu niet meer voorstellen, maar eeuwen lang is turf, bruin– en steenkool dé energiebron om onze huizen te verwarmen. Midden jaren vijftig van de vorige eeuw wordt steenkool langzaam verdrongen door olie. 

Steenkool is een fossiele brandstof die in West-Europese zo’n 300 miljoen jaar geleden is ontstaan.

Het ontstaat uit afgestorven plantenresten die tot veen composteert en in het geologisch verleden in aardlagen terecht is gekomen. 

Stadsgas is gas dat in een gasfabriek wordt geproduceerd door steenkool te verhitten zonder toetreding van zuurstof. De geschiedenis van het lichtgas als bron van licht en warmte begint omstreeks 1780; het was toen bekend dat bij ontgassen van hout of steenkool een brandbaar gas vrijkomt. De eerste gasfabriek in het huidige Nederland werd in 1826  in gebruik genomen. Na vele verbeteringen werden in de tweede helft van de 19e eeuw door heel Nederland gasfabrieken gebouwd die vaak door de gemeente werden beheerd. Het gasnetwerk werd vanaf de jaren 1920 minder voor verlichting gebruikt, maar gas slaagde erin de markten voor ruimteverwarming en koken te veroveren.

​

​

​

De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) trof in 1959 aardgas aan onder de Groningse bodem. Toen was nog niet meteen duidelijk wat voor enorme economische waarde aardgas kon hebben. In hoog tempo werden aardgasleidingen in de grond gelegd en werden toestellen als geisers, kookplaten en ovens omgebouwd om te kunnen werken op aardgas. Stookfornuizen en kolenkachels werden vervangen door gasfornuizen en centrale verwarming. In de jaren ’70 nam door twee oliecrises de waarde van aardgas toe en daarmee groeide de zorg voor het milieu. Op dat moment begon het onderzoek naar mogelijke varianten op die eerste, Zwitserse waterpomp. Zo ontstond in eerste instantie de gasgestookte warmtepomp die zoals de naam zelf zegt-op aardgas werkt. In 1985 daalden de energieprijzen echter zo sterk dat de meeste onderzoeken werden stopgezet.

 

​

Vanaf de jaren ’80 maakte Nederland grote vorderingen met energiebesparing en -bezuiniging. Het gasgebruik in huizen daalde door gebruik van isolatie, dubbele beglazing en vooral ook de hoogrendementsketel. De infrastructuur voor gas in Nederland was ondertussen erg goed. Bijna iedereen heeft een aansluiting en de prijs voor de aansluiting is voor iedere gebruiker ongeveer even duur. De vraag naar energie zal echter de komende decennia alleen maar toenemen. Tegelijkertijd groeit de zorg over de gevolgen van de emissie van CO2 voor het klimaat, het zogenaamde broeikaseffect. CO2 komt voornamelijk vrij bij het verbranden van fossiele brandstoffen ten behoeve van de energievoorziening.

 

Rond 1990 kreeg de wereld steeds meer in de gaten dat het opraken van energievoorraden niet het grootste probleem was waarmee we te maken hadden, maar dat we te veel vervuilden en dat het milieu daar hoe langer hoe meer onder ging lijden. Zo begon het debat over de alternatieve energiebronnen opnieuw en ook het onderzoek naar de (elektrische) warmtepomp werd opnieuw in gang gezet. 

We weten het inmiddels allemaal: Nederland moet van het gas af. 

 

Sinds 1 juli 2018 is de Wet Voortgang Energietransitie (Wet tot wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet, hierna: Wet Vet) van kracht. Bij deze wet is bepaald dat de gasaansluitplicht voor nieuwbouw vervalt. Dit betekent dat vanaf 1 juli 2018 projectontwikkelaars, aannemers en gemeenten rekening moeten houden met het feit dat nieuw te bouwen bouwwerken niet meer mogen worden aangesloten op het gasnet.

 

De achtergrond van de Wet Vet betreft de verdere verduurzaming van Nederland. Volgens de wetgever levert het vervallen verklaren van de gasaansluitplicht een belangrijke bijdrage aan de energietransitie en aan het verminderen van de consumptie van Gronings gas.

bottom of page